Filipijnse eend
(Philippine duck)
Beschrijving
De Filipijnse eend is een vrij grote eendensoort die zo'n 51 centimeter lang kan worden, met een spanwijdte van zo'n 84 centimeter. De bovenkant, achterkant van de kop en een streep van de snavel via de ogen naar de nek zijn donkerbruin, terwijl de rest van de kop oranje tot roest kleurig is. De snavel is blauwachtig grijs en de ogen bruin. De bovenkant van deze soort is grijsachtig bruin, waarbij de romp en staart wat donkerder van kleur zijn. De borst en buik van de Filipijnse eend zijn ook grijsachtig bruin waarbij de borst veren vaak kaneelkleurige uiteinden hebben. De onderkant van de staart is donkerbruin. De poten zijn grijs. Beide geslachten hebben hetzelfde verenkleed.
Voorkomen
Diverse eilanden in de Filipijnen.
Habitat
Zoetwater zoals meren, moerassen, rijstvelden en rivieren.
Voedsel
Garnalen, vissen, insecten en vegetatie,.
Voortplanting
De Filipijnse eend plant zich gedurende het hele jaar voort. Gewoonlijk leggen ze 8 tot 16 lichtgroene eieren per keer, die ongeveer 26 dagen worden bebroed.